Flexibele bijbaan
Flexibele bijbaan
Studeren in een onbekende stad, nieuwe vrienden maken, veel sociale activiteiten en je misschien wel aansluiten bij een studie- of studentenvereniging. Het klinkt ons allemaal bekend in de oren. De komende jaren worden misschien wel de mooiste van je leven. Dagelijks spreek je af met vrienden en regelmatig sta je tot in de late uurtjes te dansen in de plaatselijke kroeg. Kost wat, maar dan heb je ook wat. Maar hoe heb je naast alle sociale verplichtingen én de studie nog tijd om genoeg te werken en dus genoeg te verdienen? Flexwerk biedt voor studenten vaak de uitkomst om een bijbaan tussen al die verplichtingen te proppen.
Wat is flexwerk?
Flexwerk is de benaming voor ‘flexibel werken’. Het werk houdt in dat de werknemer, in dit geval de student, bijvoorbeeld werkzaam is als uitzendkracht, oproepkracht of vakantiekracht. Vaak is een uitzendbureau de tussenpersoon tussen werkgever en werknemer. Studenten worden via een uitzendbureau gekoppeld aan een werkgever, om vervolgens, conform de eisen van de werkgever, arbeid te verrichten. Vaak gaat het bij studenten om eenmalige klussen op bijvoorbeeld festivals of vakantieparken. De meest voorkomende vorm van flexwerk onder studenten is werkzaam zijn als uitzendkracht.
Als uitzendkracht heb je geen vaste arbeidsovereenkomst of een vast dienstverband, maar ben je verbonden aan een uitzendbureau. Een vast dienstverband houdt in dat je de zekerheid hebt bij een werkgever. Je maakt afspraken met de werkgever over de arbeidsvoorwaarden en staat direct in contact met de werkgever. Bij een uitzendovereenkomst heb je een contract tussen de werknemer en het uitzendbureau. Zo’n overeenkomst ziet niet op de werkzekerheid, want het uitzendbureau leent de werknemer voor een bepaalde tijd uit. Een uitzendbureau is weer verbonden aan verschillende werkgevers. Deze werkgevers vragen om extra werkkrachten voor het verrichten van arbeid als er bijvoorbeeld ziekte is van een vaste kracht, of bij onverwachte drukte binnen het bedrijf. Studenten kunnen dan worden opgeroepen om te komen werken.
Uitbetaling van loon
De loonbetaling werkt bij flexwerkers anders dan bij werknemers met een vast dienstverband. Flexwerkers werken vaak met een urenregistratiesysteem. De flexwerker dient zijn gewerkte uren ter goedkeuring in bij de werkgever. Vervolgens betaalt de werkgever het loon op basis van de daadwerkelijk gewerkte uren. Flexwerkers worden doorgaans per uur betaald. Dit uurloon wordt vooraf vastgesteld en krijgt vaak een toeslag met acht procent vakantiebijslag. De betaling kan wekelijks, tweewekelijks, of maandelijks plaatsvinden, afhankelijk van wat er is afgesproken in het contract.
Net als bij werknemers met een vast dienstverband houdt de werkgever (de uitzendorganisatie) loonbelasting in op het salaris. Dit wordt direct ingehouden voordat je het loon ontvangt. Naast loonbelasting worden ook sociale premies door het uitzendbureau ingehouden en kan je loonheffingskorting aanvragen. Daarnaast hebben flexwerkers te maken met schommelingen in de hoogte van hun inkomen, omdat het loon afhankelijk is van het aantal uren dat je die maand hebt gewerkt. Dit kan invloed hebben op de hoogte van de belasting die je bij de jaarlijkse belastingaangifte moet betalen of terugkrijgt.
Europa
Nederland staat in Europa bekend als het land met de meeste flexwerkers. Volgens het Centraal Bureau voor de Statistiek (hierna: CBS) is 41 procent van alle werkenden in Nederland flexwerker. De Europese Unie (hierna: EU) wil uiteindelijk juist af van de grote hoeveelheid flexwerkers. De EU wil af van de grote hoeveelheid flexwerkers, omdat het gepaard gaat met veel onzekerheid voor de werknemer. Werkgevers hebben juist een groot voordeel bij het inschakelen van uitzendbureaus en daarmee uitzendkrachten. Dit gaat volgens de Europese Commissie echter ten koste van de rechten van de werknemers.
Voor de werkgevers zijn er verschillende voordelen van flexwerk: het bespaart tijd, het biedt flexibiliteit en het leidt tot minder risico’s en administratieve verplichtingen. Een werkgever bespaart tijd, omdat een uitzendbureau de werknemers werft en selecteert. Daarnaast kan de werkgever uitzendkrachten inzetten op het moment dat het hem uitkomt. De werkgever is dus niet gebonden aan een vast aantal uren van de werknemer. Bovendien loopt een bedrijf minder risico’s, omdat de loondoorbetalingsplicht bijvoorbeeld niet geldt. Alles wordt geregeld via het uitzendbureau. Tot slot heeft de werkgever minder administratieve verplichtingen, nu het uitzendbureau de officiële werkgever blijft en onder andere verantwoordelijk is voor de uitbetaling van het loon. Voor werkgevers en ondernemers lijkt het inlenen van werknemers via een uitzendbureau dus ideaal.
Hoewel dit ideaal lijkt voor werkgevers en ondernemers, kleven er voor werknemers nadelen aan flexwerk. Dit is dan ook de reden dat de Europese Commissie de regels wil aanscherpen. Uitzendkrachten hebben bijvoorbeeld geen werkzekerheid. Ze zijn afhankelijk van het aantal beschikbare uren dat een bedrijf voor de werknemers heeft. Het kan maar zo zijn dat bedrijven ineens geen ruimte meer hebben voor flexwerkers. Uitzendkrachten zitten dan snel zonder werk en hebben geen recht op loon als zij geen klus meer hebben. De EU wil de rechten voor zowel werknemers met een vast dienstverband als voor flexwerkers uiteindelijk gelijktrekken, zodat ook flexwerkers meer zekerheid van inkomen hebben. Deze kloof moet in de toekomst kleiner worden.
Wet Meer zekerheid flexwerkers / rechten uitzendkrachten
Op dit moment zijn de rechten van flexwerkers geregeld in de uitzend-cao’s met een fasensysteem. Hoe langer je werkt bij het uitzendbureau, hoe verder je in de fases doorschuift. Bij iedere fase krijg je meer zekerheid en rechten. In de eerste fase geldt in principe: als er geen werk is, stopt meestal direct je arbeidscontract en krijg je geen loon. Ook als je ziek bent, stopt het contract. In de daaropvolgende fase krijg je een uitzendovereenkomst voor bepaalde tijd. Als er geen werk meer is stopt je contract niet zomaar en heb je zelfs recht op doorbetaling van het loon. Voorwaarde is wel dat je passend werk accepteert als het uitzendbureau je dat aanbiedt. In de laatste fase krijg je een vast contract en is het gewone ontslagrecht van toepassing. Je komt in deze laatste fase als je ten minste drie jaar werkt bij het uitzendbureau. Toch blijft ruim tachtig procent van de flexwerkers steken in de eerste fase. Dit komt voornamelijk doordat flexwerkers telkens moeten overstappen tussen verschillende uitzendbureaus, omdat hun contract in een eerdere fase beëindigd wordt zodra er geen werk meer voor hen is.
Afgelopen maart heeft minister Van Gennip van Sociale Zaken en Werkgelegenheid het wetsvoorstel ‘Meer zekerheid flexwerkers’ naar de Raad van State gestuurd voor advies. Dit wetsvoorstel bevat verschillende maatregelen om flexwerkers meer zekerheid over hun rooster en inkomen te geven en oneerlijke concurrentie op arbeidsvoorwaarden te voorkomen. Hierbij is het uitgangspunt: bij structureel werk hoort een vast contract. Hiermee hoopt zij de zekerheid voor flexwerknemers te verbeteren en meer wendbaarheid te creëren voor ondernemers.